Visserij en wetenschap combineren

OSLO – Trawlers bestrijken veel meer zeeoppervlak en zijn veel langer op zee dan onderzoeksvaartuigen. Het vissen is steeds meer op wetenschap gebaseerd. Waarom die twee niet combineren? Er wordt momenteel een haalbaarheidsstudie uitgevoerd door de PFA en een aantal instituten naar het vermogen van pelagische trawlers om gegevens te verzamelen voor eigen en algemene kennisdoeleinden. Hiervoor is subsidie verleend in het kader van ‘Collectieve acties in de visketen’. De in Noorwegen woonachtige Nederlander Sytse Ybema van Sustainovate Inc. legt uit.

,,Het lijkt eerder gewoonte dan uitzondering: vissers die er een duidelijk andere mening op na houden dan onderzoekers en andere ‘land-based’ experts wanneer het gaat om kennis over pelagische visbestanden. Viskennis, visgrondkennis of visserijkennis of hoe je het ook noemt, het doet vaak denken aan de acceptatie van alternatieve geneesmiddelen. In toenemende mate toegepast in de praktijk, maar niet gedekt in het zorgpakket van uw verzekeringsmaatschappij, omdat wetenschappelijke bewijzen meestal nog ontbreken. Zo lijkt dat ook te gaan in de pelagische visserij.
De visser van tegenwoordig vraagt zich af of zijn kennis niet een veel grotere waarde kan vertegenwoordigen bij het oplossen van hedendaagse vraagstukken in de pelagische visserij. In het project worden de volgende specifieke problemen onder de loep genomen:

  • Te weinig kennis over veranderend migratiepatroon en bestandscomponenten van blauwe wijting
  • Te weinig kennis over de situatie op de visgronden bij wetenschappelijke onderzoeksreizen op blauwe wijting
  • Te weinig kennis over de interactie tussen blauwe wijting en andere vissoorten die een afname van het bestand zouden kunnen verklaren
  • Ongewenste bijvangsten van makreel wanneer deze vis en horsmakreel gemengd voorkomen
  • Te weinig parate kennis over het snel veranderende verspreidingsgebied van makreel. Ook de bestandsschatting op basis van een 3-jaarlijkse ei-survey is in de ogen van velen niet nauwkeurig genoeg
  • Gebrek aan kennis over migratie en bestandsgrootte van horsmakreel
  • Geen informatie is beschikbaar over hoeveelheden en verspreiding van diepzee vissoorten als het lichtend sprotje, die op enig moment interessant kunnen blijken voor exploitatie.

Momenteel wordt een haalbaarheidsstudie uitgevoerd door de Pelagic Freezertrawler Association (PFA) en enkele kennis- en innovatie-eenheden naar het vermogen van pelagische traw- lers om gegevens te verzamelen voor eigen en algemene kennisdoeleinden. De gezamenlijke visserij bestrijkt immers veel meer zeeoppervlak en veel langere perio- den dan mogelijk is met onderzoeksvaartuigen. Het vissen is ook steeds meer op wetenschap gebaseerd. Waarom die twee niet combineren?

Dit kan door slim gebruik te maken van bestaande technieken en vangstinformatie aan boord. Typische van generatie op generatie doorgegeven schipperskennis en theorieën kunnen daarnaast worden gebruikt om onderzoeksvragen te nuanceren en oplossingsrichtingen aan te geven. Voor de studie is geld uit het Europees Visserijfonds verkregen in het kader van ́Collectieve acties in de visketen ́.

Alle pelagische trawlers zijn ontworpen om tijdens de visreizen op een zo efficiënt mogelijke manier te vissen. Omdat er zoveel van het vangstsucces afhangt hebben deze schepen zeer geavanceerde apparatuur aan boord en worden ze aangestuurd door zeer ervaren schippers. Hier zit dus een potentiële combinatie van topkennis en hoogwaardige gegevens. Er zijn ook schippers die hun ‘winnende strategie’ nooit hebben veranderd en dus de nieuwste technische ontwikkelingen (nog) niet actief gebruiken.

Binnen het project worden echolood, vangst- en oceaangegevens onder de loep genomen. Welke apparatuur leent zich voor gegevensverzameling en welke afwegingen moeten hierbij worden gemaakt? Welke onderzoeksvragen hebben baat bij commerciële gegevens en hoe kan deze informatie vervolgens worden opgenomen in het onderzoeks- en beleidsproces? Los van het feit dat het de schippers helpt bij het verbeteren van hun visserij-efficiëntie.

Noorse innovaties

Sustainovate Inc. is actief in Noorwegen en heeft via het MareLife innovatienetwerk toegang tot enkele inte- ressante ontwikkelingen die goed passen in dit verhaal; van hightech echolood-ontwikkelingen en geavanceerde data-managementsystemen tot vetgehalte-meters en genetische verificatiesystemen voor gebruik aan boord. ‘Samenwerking’ is het sleutelwoord wanneer gekeken wordt naar innovaties binnen en buiten de visserij.

Zo ontwikkelt de onderzoeksgroep van Olav Rune Godø (Instituut voor Marien Onderzoek in Bergen) akoestische observatietechnieken die het vissen veel efficiënter, maar ook veel duurzamer kunnen maken. Het toepassen van deze technieken vereist het opslaan van echoloodgegevens die vervolgens voor interne of externe onderzoeksdoeleinden kunnen worden gebruikt.

Ook de ontwikkelingen bij Simrad staan niet stil. Er lijkt een goede methode te zijn gevonden voor verbeterde soor- tenherkenning die schippers kan helpen bij het onderscheiden van makreel en horsmakreel wanneer deze in gemengde scholen voorkomen. Dit kan weer bijdragen tot verbeterde wetenschappelijke onderzoeksreizen.

Vangstgegevens bestaan traditioneel uit gewichtsverdelingen en bijvangstinformatie, maar het blijkt goed mogelijk om aan boord vissen nader te onderzoeken op kwaliteit, oorsprong en groei. Met technische en wetenschappelijke ondersteuning van bijvoorbeeld de Hogeschool voor Veterinaire wetenschap in Oslo wordt het mogelijk deze onderzoeken uit te laten voeren door de bemanning zelf.

De vele informatie-signalen die op de brug binnenkomen over de watertempera- tuur, weersgesteldheid, waterstromingen en aanwezigheid van plankton kunnen tegenwoordig relatief eenvoudig worden weergegeven in geavanceerde kaartsystemen, en gecombineerd met vangst en echoloodgegevens. Dit geeft de schipper een totaalplaatje van zijn visgronden en de kans vooruit te kijken in tijd. Met deze techniek heeft Sustainovate Inc. met succes geëxperimenteerd aan boord van de Noorse trawler ‘Libas’, en dit zou ook geïntroduceerd kunnen worden aan boord van PFA schepen. Zie over het werk dat is uitgevoerd door Sven Gastauer, aan boord van de LIBAS het rapport.

Rockall tot Brussel

Als we een goede manier vinden om visserijafhankelijke gegevens te verzamelen en te integreren hebben we een belangrijke stap gezet in het verbreden van de kennisbasis. Maar het is slechts een eerste stap. De tweede stap is de manier waarop die gegevens ingezet kunnen worden als onderbouwing van keuzes in het beleidsproces. Dat kan bijvoorbeeld via de wetenschappelijke route van IMARES en ICES. Maar het zou ook kunnen via de route van de Pelagische RAC. In ieder geval zijn dat aspecten waar keuzes in moeten worden gemaakt.
En het gaat niet vanzelf. In het verleden is wel duidelijk geworden dat gegevensverzameling vanuit de visserij niet automatisch leidt tot het meewegen van die informatie in het beleidsproces. Dus naast het verzamelen van gegevens en het omwerken daarvan tot informatie zal ook veel aandacht moeten worden besteed aan communicatie van resultaten en transparantie over hoe de gegevens zijn verzameld. Dit soort studies zijn essentieel voor het geaccepteerd raken van schipperskennis en visserijgegevens in duurzaam bestandsbeheer.”

Het rapport over deze studie wordt in de zomer 2011 verwacht. Contactpersonen zijn Sytse Ybema (Sustainovate Inc), Martin Pastoors (Center for Marine Policy) en Gerard van Balsfoort (PFA).